Tussen alle zilveren koffie-en theelepels kom je soms een verrassing tegen: een lepel, qua lengte en breedte net wat forser dan een koffielepel, maar met een gezaagde bak. Wat was de functie van dit zilveren lepeltje? Een reis door de geschiedenis.
Rijke historie
Al in de 17e en 18 eeuw komen zilveren lepels voor die gemaakt zijn om ‘iets te zeven’. Dit blijkt uit een uitgezaagd patroon in de lepelbak, waarbij het gewenste element op de lepel bleef liggen, en dat wat je kwijt wilde raken erdoorheen viel. Denk hierbij aan visscheppen, pasteischeppen maar ook natfruitscheppen en suikerstrooiers. Deze zilveren scheppen hebben gemeen, dat ze niet alledaags waren of zijn. In het Rijksmuseum is een enkel stuk te vinden, maar helaas geen enkele olijflepel. In het Victoria & Alberts Museum zitten enkele “strainer spoons” [zeef-lepels met onbekende toepassing] in de collectie, met als topper een “mote spoon”, gemaakt voor de beginjaren van de thee waarbij het ongewenste theestof uit de theebladeren geschud moest worden. Maar ook hier zijn olijflepels afwezig.
Toch zijn er, ook in Nederland, in de 18e en 19e eeuw “zeef-lepels” gemaakt. Soms vormden ze een couvertje met een vorkje van gelijke grootte. Het is alleen niet duidelijk of dit al olijflepeltjes waren, of gembercouverts. Gekonfijte gember werd immers in siroop in coupes aan tafel geserveerd. Toen olijven aan het eind van de 19e eeuw steeds meer gemeengoed werden op de Nederlandse gegoede tafels, werd er weldegelijk geschreven over ‘olijflepels’, die ook ‘olijvenlepel’ of ‘zuurlepels’ werden genoemd. Aan het begin van de 20e eeuw waren olijflepels een vast onderdeel van een hors-d’oeuvre garnituur. Olijflepels waren echter niet ‘los’ te koop.
Mooi ontwerp
De Nederlandse olijflepels van rond de eeuwwisseling hebben één ding gemeen: ze zijn prachtig vormgegeven. Het zaagwerk in de lepelbak kent veel variatie, van strak naar een vloeiend lijnenspel al naar gelang de heersende mode. Soms werd de zilveren lepelbak ook prachtig gematteerd of gegraveerd. En dat terwijl deze kunstwerkjes gebruikt werden voor één specifiek doel: een olijf uit het vocht vissen, om het lekkere hapje uitgelekt en zonder vocht naar het eigen bord of schoteltje te brengen. Gelukkig genieten we nog steeds van olijven. Wat staat er op uw tapas tafel? Een zilveren olijflepel zou niet misstaan, als voorzetting van een eeuwenoud gebruik.
Zilveren olijflepeltje, lengte 14 cm, gemaakt in Art Déco model 210 door Gerritsen en van Kempen in Zeist in het begin van de 20e eeuw.
Lees verder van Saskia:
Leuke blog met al die feitjes!