Het zwaardje al 200 jaar in gebruik klein zilver merk
Inhoudsopgave
In Nederland wordt het kleine zilver vanaf 1814 gekeurd met een keur in de vorm van een zwaardje. Dit klein zilverkeur is goed te herkennen en te dateren. De vorm van het zwaardje is in der loop der jaren drie maal gewijzigd.
De subtiele verschillen in het klein zilverkeur
Als u het keur goed schoon maakt, bij voorkeur met een houtje (de achterzijde van een lucifer bijvoorbeeld) en het onder een vergrootglas of loep bekijkt kunt u het voorwerp dateren. Bij het beoordelen van het zwaardje kijken wij naar de volgende eigenschappen;
- het eerste zwaardje gebruikt van 1814 tot 1906 is klein en gedrongen, het heeft een open handvat en een klein rondje in het midden.
- Het zwaardje wat gebruikt is van 1906 tot 1953 is wat groter en heeft een geribt handvat.
- Het derde en laatste zwaardje gebruikt vanaf 1953 tot heden heeft de gehalte aanduidende cijfers in ‘steek’ gedeelte staan.
Zo kunt u Biedermeier stijl artikelen dus snel ontmantelen als er een zwaardjes met cijfertjes in staan.
Naast het zwaardje moet er dan ook altijd op het zilveren voorwerp een meesterteken staan. Iedere Nederlandse zilversmid had en heeft zijn eigen meesterteken welke geregistreerd moet staan. In de 16e, 17e en 18e eeuw bij de gilden op de gildenplaat en daarna bij de Nederlandse waarborg voor goud en zilver. Deze meestertekens vanaf 1814 zijn op te zoeken in het Nederlandse Verantwoordelijkheidstekens boek wat wordt uitgegeven door de waarborg te Gouda. U kunt de keuren ook online opzoeken in onze database vol zilverkeuren
Een voorbeeld van het oude zwaardje met een meesterteken
Een mooi voorbeeld van het oude zwaardje gebruikt tot 1906 samen met het meesterteken van Van Kempen te Voorschoten. Dit zwaardje is gebruikt van 1814 tot 9016, het meesterteken van 1858 tot 1924. Het zilveren voorwerp is dus gemaakt tussen 1858 en 1906. Door verder naar de stijl en uitvoering te kijken is een zilveren item goed binnen een periode te plaatsen.
Lees ook: