Wat is een compendium?
Inhoudsopgave
Een compendium is een soort “doosje” dat gevuld is met nuttige attributen. Je moet denken aan een soort Zwitsers zakmes, maar dan met nuttige voorwerpen voor dames. Een compendium, ofwel naai-nécessaire, wordt al eeuwenlang door de vrouw des huizes gebruikt. Het was ook een prachtig cadeau aan een bruid.
Hoe ziet een compendium er uit?
Deze doosjes vol handige dingen kennen een aantal verschijningsvormen. Ze zijn door de eeuwen heen ook gemaakt in verschillende materialen, met een enigszins variabele inhoud. Als middelste op de foto staat een zilveren compendium. De koker is zo’n 12,5 cm lang, en heeft een afschuifbaar deksel dat gezekerd is door een ketting. Aan deze ketting zit een een musketon. Waarschijnlijk heeft het compendium hiermee aan een rokhaak gehangen.
Volgens het boek “Nederlands Klein Zilver” van de heer Wttewaal zijn deze kokers meestal door Friese zilversmeden gemaakt. De koker op de foto is ongemerkt; als enige datering staat het jaartal 1796 heel klein ingegraveerd.
Op de zichtbare kant staat een afbeelding van Minerva met een speer, wapenschild en een uil. Op de andere kant staat Vrouwe Justitia met de weegschaal afgebeeld. In de koker zelf – het onderste deel van deze “doosjes” – is een blokje hout geplaatst. Dit blokje is afgedekt met een zilveren plaatje. Hierin zijn passende openingen gemaakt om de verschillende gereedschapjes er precies pas in te zetten. Deze Friese naainecessaire is nog compleet en origineel op de schaar na.Deze is een eeuw later gemaakt in Engeland in de fabriek van Thornhil & Co.Deze fabriek is opgericht in 1886.
Wat zit er in een compendium?
De inhoud van een compendium kan flink variëren. In de compendia op de foto zitten bijvoorbeeld een schaartje, een mesje, een pincet ,een rijgnaald met of zonder oorlepeltje, soms ook een klein lepeltje dat gebruikt werd als doseerlepeltje voor medicijnen of snuiftabak. Andere mogelijke kleine gereedschappen zijn een priem, een potloodje, een stukje ivoor om op te schrijven en een naaldenkoker.
Het meest rechter voorbeeld op de foto is een compendium dat gemaakt is van schildpad met zilveren monturen. Hij is 8,5 cm lang, en aan de versiering te dateren rond 1800. Ook dit compendium is nog helemaal met originele gereedschappen gevuld.
Uit schildpad vervaardigde voorwerpen komen vaak uit Frankrijk; mogelijk ook deze. Helaas geeft het zilver geeft géén uitsluitsel want het is ongemerkt. De koker is waarschijnlijk in opdracht gemaakt voor een huwelijk gezien de duif en de 2 harten. Wat een pracht cadeau!
Tot slot de linker compendium op de foto. Deze koker is 9 cm hoog. Ook deze koker is nog gevuld met de originele passende voorwerpen. Eén onderdeel is hier een plaatje ivoor waar met een potloodje een notitie op gemaakt kan worden.
De versiering met een schild komt vaak in Frankrijk voor. Ook deze koker is ongemerkt, maar mogelijk dus van Franse oorsprong. Boven het schildje is een strik te zien, een liefdessymbool. Misschien voor een bruid gemaakt rond 1800.
Duitse voorbeelden
Van een heel ander type zijn de hoge smalle zilveren torentjes – ook een Zwitsers zakmes, maar anders vorm gegeven. Deze smalle zilveren naainecessaires variëren in lengte van 8,5 tot 11 cm. Zij vinden hun oorsprong in Duitsland maar zijn gemaakt voor o.a. de Nederlandse markt. Deze nécessaires zijn eigenlijk altijd ongemerkt maar dateren van ongeveer 1800. Ze zijn in verschillende delen uit elkaar te schroeven.
Het ontwerp is grofweg gelijk, maar ze hebben niet allemaal evenveel mogelijkheden. Wel hebben ze allemaal een naaldenkoker en een vingerhoed met daaronder 2 kleine garenklosjes. Het middelste voorbeeld op de foto is een uitgebreide versie: na de naaldenkoker komt een talkstrooiertje, dat bestaat uit 2 delen:het onderste deel als reservoir en als de 2 delen op elkaar geschroefd zijn kan men strooien uit het bovenste deel. Het talkpoeder wordt gebruikt om klamme handen weer wat stroever te maken, zodat men weer beter kan borduren of naaien.
Het ontwerp van deze nécessaire is ingenieus, want het deel dat op het talkstrooiertje geschroefd wordt vormt de onderkant van een klein compartiment. Dit compartiment bevat soms bijenwas om het garen gladder te maken.
Een tweede mogelijkheid is dat het een geursponsje bevat. Het bovenste voorbeeld heeft géén talkstrooier. Hier kan het onderste bolle deel van elkaar en gevuld worden met was of een geursponsje.
Zie voor meer informatie ook “Compendium of naainecessaire, ” echt of net echt!” in het andere blog “Naaidoos – over zilver antiek naaigerei en meer”.
Een ander type compendium – de Engelse”doosjes”
In Engeland kende men vanaf ongeveer 1850 de Lady’s Companion. Dit is een staand houten doosje bekleed met dun gekleurd leer met gouden opdruk. De maten zijn ongeveer 10,5 cm hoog bij 5,5 cm breed bij 4 cm diep. Halverwege heeft het doosje een deling, zodat je de bovenkant eraf kan schuiven.
Als je de bovenkant eraf schuift, staat er een handige gereedschapskist op tafel. De achterkant van het onderste deel van het doosje is hoger dan de voorkant. Dit maakt het geheel overzichtelijker en je kan de inhoud er makkelijk uitpakken. Er is altijd een vakverdeling zodat het gereedschap goed op zijn plaats blijft.
De inhoud kan weleens wat verschillen, maar standaard is: een vingerhoed en een notitieblok met potloodje. Verder een hoesje met binnenin de naalden en spelden. Aan de buitenkant van dit hoesje zitten lusjes waar een schaartje, een priem of haaknaaldje in kan. Soms zit er ook een klein klosje garen of een reukflesje in. De handvatten van de kleine gereedschapjes zijn veelal gemaakt van been of parelmoer.
De vingerhoed is altijd van een Engelse vingerhoedmaker. Zie voor meer informatie over vingerhoeden “De Vingerhoed” in de blog “Naaidoos – over antiek naaigerei en meer. De vertaling van Companion is metgezel of gezelschapsdame, een mooie naam voor dit nuttige voorwerp.
Bovenstaande antieke naainecessaires worden steeds zeldzamer. Eigenlijk kom je ze alleen nog tegen in verzamelingen en heel soms in een antiekwinkel. Dan gaat mijn verzamelaarshart harder kloppen.
Naainécessaires in de 20e eeuw
Toch zijn er nu ook nog steeds naainécessaires, ze zijn alleen kleiner en eenvoudiger. Het zijn langwerpige kokertjes van zo’n 5 à 7 cm lang. De inhoud is een dun kokertje met naalden met daar omheen 2 of 3 garenklosjes. Een enkele keer zijn er uitsparingen in de garenklosjes waarin een mini schaartje geklemd is. Bovendien kan het korte deel eraf geschroefd worden; dit is de vingerhoed.
Rechts op de foto staat een zilveren kokertje. Dit kan als bescherming in het leren hoesje geschoven worden. Andere materialen waarin de nécessaires voorkomen zijn bijv. wit email met een bloemetjes versiering, of plastic met een reclame van DMC, of een kokertje waar nog garen uit komt.
Het zilveren kokertje met de stipversiering is gemaakt door W. en G. Hooijkaas uit Schoonhoven tussen 1943 en 1946. Het is niet te zien op de foto, maar dit kleine kokertje heeft ook een mini schaartje.
Het zilveren kokertje met het scharnierend deksel is gemaakt door de Koninklijke Begeer in Utrecht tussen 1868 en 1920. Engelsen noemen deze kleine voorwerpjes een “hussif” wat de afkorting is van “house wife”.
Ongetwijfeld zijn er nog meer prachtige nécessaires te vinden, maar de voorbeelden in dit blog geven een goede indruk welke types naainécessaires er in de verschillende eeuwen gemaakt zijn.
Op zoek naar een 21e eeuws modelletje? Kijk eens in de la van je nachtkastje in een hotelkamer. Daar ligt vaak een klein kartonnen kaartje met één naald en wat garen, voor het vastnaaien van dat ene weerbarstige knoopje. En denk al naaiend terug aan de pracht van vroeger eeuwen.
Lees ook:
Rijgnaalden met oorlepeltjes, wasklosjes en wasdoosjes – wat deden deze voorwerpen in naaidozen?
Breien, een geschiedenis van eeuwen
Bekijk ook;
de collectie naaigerei van Zilver.nl